Ronald Havenaar
Auteur de De tocht naar het onbekende : het politieke denken van Jacques de Kadt
A propos de l'auteur
Séries
Œuvres de Ronald Havenaar
Verrader voor het vaderland : een biografische schets van Anton Adriaan Mussert (1978) 5 exemplaires
De NSB tussen nationalisme en "volkse" solidariteit : de vooroorlogse ideologie van de Nationaal-Socialistische… (1983) 3 exemplaires
Martin Bosma - Te licht bevonden 2 exemplaires
Oeuvres associées
De deftigheid in het gedrang : een keuze uit zijn verspreide geschriften (1991) — Directeur de publication — 10 exemplaires
Leven met Duitsland : opstellen over geschiedenis en politiek : aangeboden aan Maarten Brands (1998) — Contributeur — 3 exemplaires
Étiqueté
Partage des connaissances
Il n’existe pas encore de données Common Knowledge pour cet auteur. Vous pouvez aider.
Membres
Critiques
Vous aimerez peut-être aussi
Auteurs associés
Statistiques
- Œuvres
- 9
- Aussi par
- 2
- Membres
- 43
- Popularité
- #352,016
- Évaluation
- 3.3
- Critiques
- 2
- ISBN
- 10
De lectuur van dit boek was interessant, zonder twijfel, maar eerlijk gezegd ook wel deprimerend: dat bombardement van negativiteit deed me af en toe wel duizelen. Gelukkig maakt Havenaar duidelijk waar de overdrijving bij de cultuurpessimisten precies in zit en hoe de meeste van hun alarmistische voorspellingen en hun vergelijkingen met het interbellum geen hout blijken te snijden. Laat ons zeggen dat dat verdienstelijk is.
Alleen, de auteur maakt er wel een rommeltje van. Zijn overzicht van de doemdenkers uit de jaren 1920 en 1930 houdt nog wel enigszins steek: Oswald Spengler, José Ortega y Gasset, Julien Benda en Johan Huizinga passeren de revue (naast een aantal voor mij onbekende Nederlanders). Maar voor de hedendaagse periode veegt hij Roger Scruton, Theodore Dalrymple, John Gray, Thilo Saratin, Botho Strauss en natuurlijk Michel Houellebecq samen met Tony Judt, Walter Laqueur, Bruno Latour en Joschka Fischer; en dat is toch wel een vreemd gezelschap. Okay, allemaal hadden ze uiteraard kritiek op de actuele of toenmalige gang van zaken in de wereld, maar ik heb de indruk dat Havenaar er hier met de te grove borstel doorgaat (voor hetzelfde geld had hij ook Baricco en Sloterdijk kunnen toevoegen).
Nu goed, Havenaar komt uiteindelijk uit bij een weerlegging van dat doemdenken. In zijn slothoofdstuk probeert hij aan te tonen dat vooral de retorische overdrijving waaraan cultuurpessimisten zich bezondigen absoluut doorgeslagen is. Hij slaagt daar redelijk in, maar toch niet helemaal. Havenaar maakt er zich wat makkelijk vanaf door te stellen dat doemdenkers wel reële problemen aankaarten, en in die zin realisten zijn, maar dat ze wat doorgeslagen zijn in alarmisme, en in die zin de boot missen. Herhaaldelijk wijst hij er ook op dat onze samenleving veel van de aangekaarte problemen intussen aanpakt (de economische crisis van 2008-2010 bijvoorbeeld, de migratiecrisis, het islamgevaar), waarmee hij impliciet bevestigt dat de ongezouten kritiek van de doemdenkers hout sneed. In zijn slothoofdstuk rijdt hij zich ook vast door iets te hard in te zoomen op de situatie op het moment van de redactie van dit boek (november 2018). Ik las dit amper een jaar later, en toen gaf dit boek al een lichtjes verouderde indruk.
Kortom dit boek zou een sterkere impact hebben als Havenaar kieskeuriger was geweest in zijn selectie van cultuurpessimisten en iets minder de actualiteit had betrokken in zijn discours. Maar zijn basisanalyse kan ik delen. “Het realisme van hedendaagse doemdenkers verdient serieuze aandacht, hun alarmisme nodigt uit tot tegenspraak en afwijzing”.… (plus d'informations)