Photo de l'auteur

Gie Bogaert

Auteur de Roosevelt

13 oeuvres 95 utilisateurs 4 critiques

A propos de l'auteur

Comprend les noms: Guy Bogaert, Gie Bogaert

Œuvres de Gie Bogaert

Roosevelt (2016) 17 exemplaires
Noora's dwaling roman (2013) 14 exemplaires
Luchtgezichten (2010) 11 exemplaires
De liefdeverzamelaar (1998) 10 exemplaires
Hemelstof (2004) 7 exemplaires
Wat kwaad doen de tovenaars ? (1990) 5 exemplaires
Opklaringen (2006) 5 exemplaires
Keizer Doede (1992) 2 exemplaires
Onvoltooid roman (2022) 2 exemplaires

Étiqueté

Partage des connaissances

Nom canonique
Bogaert, Gie
Date de naissance
1958-02-06
Sexe
male
Nationalité
Belgium
Pays (pour la carte)
Belgium
Lieu de naissance
Niel, België

Membres

Critiques

Ik heb mezelf, in jeugdige overmoed, wel eens gewaagd aan het schrijven van kortverhalen. Slechts weinige daarvan haalden gelukkig de publicatie – in het tijdschrift van een sportclub en in dat van een bedrijf, dus zal u ze wel nooit tegenkomen -, maar de liefde voor short stories en cursiefjes is wel altijd gebleven. Het was dus een genoegen – neen, ik had het niet gemerkt toen ik het boek kreeg (het zat ook tussen een paar honderd andere) – vast te stellen dat Klein Berlijns drama en andere verhalen inderdaad méérdere verhalen bevatte, 15 kortverhalen met name.

Ik kan niet zeggen dat de naam van de auteur een belletje deed rinkelen – al is hij dan volgens Wikipedia jaren actief geweest als columnist voor een aantal radiozenders en tijdschriften en is hij docent aan de SchrijversAcademie te Antwerpen -, maar met dit Klein Berlijns drama en andere verhalen was hij in 1987 kennelijk aan zijn debuut toe. Geen slecht debuut: Tempus fugit, Het kleine ongemak van Herman T., Het grote ongeluk van meneer Willemen, De laatste wens van Petje Baere, Een Bengaals kruisje voor Hendrik Strybol, Weekendwerk, en Tijdverdrijf bevielen me zeer. Ze combineren een doorgaans originele invalshoek (al lijkt Een Bengaals kruisje voor Hendrik Strybol in zijn kern een joliger versie van De Vervloeking van Stephen King) met een fijne pointe.

In een aantal van de andere verhalen lijkt de auteur echter vertrokken te zijn van de pointe en er dan maar een verhaal rond verzonnen te hebben. Daar is op zich niks mis mee, maar in dit geval zijn ofwel de pointes niet echt puntig of missen de verhalen schwung. In Verborgen vreugde zie je de clue al aankomen op de tweede pagina van het tien bladzijden lange verhaal. In Geraniums hetzelfde fenomeen: bovenaan pagina twee van het twee bladzijden tellende verhaal, weet je hoe het niemendalletje zal eindigen. Tico lijkt helemaal niet in de serie te passen: het is een écht drama, maar een bijzonder flauw. Bij Meneer Henri sympatiseer je met het hoofdpersonage, maar laat ons wel wezen: mensen die ongenood recepties afstruinen en daar de baldadigaard uithangen, origineel is het niet. Klein Berlijns drama, het hoofdverhaal, had genoeg gehad aan twee bladzijden, terwijl het er nu acht zijn. En Royal Regatta en Splendid Isolation zijn ronduit overbodig.

Blijft over, Hout. Ook dit verhaal past niet in de serie, maar de pointe is zéér scherp. In tegenstelling tot wat geldt voor de meeste andere verhalen (met uitzondering van Tico) is die pointe niet humoristisch, ze is ronduit cynisch. Als ik volkomen objectief zou zijn – wat ik net zomin als wie dan ook ben -, dan zou ik dit verhaal in de alinea hierboven hebben geplaatst, maar omdat ik cynisme rond de steeds verder om zich heen grijpende “assistentie bij zelfdoding” – zeker wetend dat het verhaal inmiddels meer dan dertig jaar oud is en de Wet betreffende de euthanasie in belgië pas zo’n 15 jaar later aangenomen werd - zó passend vind. Hout is voor mij dus een science fiction verhaal dat werkelijkheid is geworden. Jammer genoeg.

Het is dus met gemengde gevoelens dat ik terug kijk op dit boek van Gie Bogaert. Laat ons zeggen dat een grote helft van de verhalen in de categorie goed tot uitstekend valt, een kleine helft in de categorie minder goed tot “had niet gepubliceerd mogen worden”.
… (plus d'informations)
 
Signalé
Bjorn_Roose | Aug 1, 2018 |
Vanaf de eerste zin word je gegrepen en toch moet je wennen, toch is het een beetje aftasten en vraag je je af waar al die verhalen heen gaan. De manier waarop Gie Bogaert het dagelijkse leven op het Rooseveltplein uur na uur beschrijft, is fenomenaal. Gaandeweg krijg je voor bepaalde mensen echt wel heel veel sympathie en voor anderen dan weer niet, maar het meest heb ik sympathie voor Roosevelt. Je vraagt je ook af wat sommige mensen drijft? Heel subtiel wordt er over 150 jaar heen vertelt. Welke verhalen er te beleven vallen en hoe het boek eindigt, laat ik aan jullie verbeelding over, want ik vind dat je dit echt zelf moet ervaren en beleven. Voor de mensen die van literatuur houden en niet zozeer dialoog willen dan ben ik overtuigd, dat dit boek jullie zal meevoeren en beroeren.
Ik geef op alle vlakken 5* en die zijn volgens mij echt verdiend.
… (plus d'informations)
1 voter
Signalé
Katrien-Baert | 1 autre critique | Oct 1, 2016 |
Teleurstellende 'roman chorale', waarin de banale, saaie verhalen van verschillende vertellers toewerken naar een Dekalog-Kieslowski-gewijze apotheose (eerder een scheet in een fles, maar bon). Deed me qua stijl te vaak denken aan een flauw afkooksel van de terecht verguisde Paul Mennes in zijn begindagen. En dat wil al veel zeggen. Verdient Bogaert een tweede kans?
 
Signalé
MaerCat | 1 autre critique | Mar 8, 2016 |
Nee maar, een boek dat niemand anders heeft. Het gaat over een reis van vader en dochter met een gespannen verhouding en onverwerkt verleden. Het is melancholiek maar niet té en zeker niet sentimenteel. De stijl is poëtisch en beschrijvingen van de omgeving in dichterlijke termen maken het voor mij soms wat stroef. Kwestie van smaak, want de dialogen zijn goed, en het verhaal boeit.
Leuk als je eens wat nieuws wilt proberen!
 
Signalé
annebikes | Jan 9, 2010 |

Statistiques

Œuvres
13
Membres
95
Popularité
#197,646
Évaluation
½ 3.3
Critiques
4
ISBN
15

Tableaux et graphiques