AccueilGroupesDiscussionsPlusTendances
Site de recherche
Ce site utilise des cookies pour fournir nos services, optimiser les performances, pour les analyses, et (si vous n'êtes pas connecté) pour les publicités. En utilisant Librarything, vous reconnaissez avoir lu et compris nos conditions générales d'utilisation et de services. Votre utilisation du site et de ses services vaut acceptation de ces conditions et termes.

Résultats trouvés sur Google Books

Cliquer sur une vignette pour aller sur Google Books.

Chargement...

S.S. Christiaan Brunings

par Elisabeth K. Spits

MembresCritiquesPopularitéÉvaluation moyenneDiscussions
413,459,237 (3)Aucun
Récemment ajouté parP.S.Dorpmans, hydrografie, i2p
Aucun
Chargement...

Inscrivez-vous à LibraryThing pour découvrir si vous aimerez ce livre

Actuellement, il n'y a pas de discussions au sujet de ce livre.

Het schip werd gebouwd in 1900 op de werf van Jan Meursing om als directievaartuig van Rijkswaterstaat dienst te doen op de grote rivieren. De vorm van de boeg maakte het schip tevens geschikt als ijsbreker; door de oplopende boeg onder water schoof het schip op het ijs, waardoor dat brak.
De scheepsafmetingen zijn: Lengte over alles: 29,20 meter. Breedte over de spanten: 6,25 meter. Holte in de zijde: 2,80 meter.

De voortstuwing geschiedt door een compound-machine van 375 ipk. De stoom wordt geleverd door een Schotse ketel met een kolenstook installatie. In 's Rijksdienst volgde een actief doch beschut bestaan. Het schip werd niet afgejakkerd en ontving regelmatig onderhoud. Het opereerde zelden op zout water en lag veelal met afgebankte vuren vaarklaar voor inspectie reizen of in de winter, voor het openhouden van de Waal en nevenrivieren.

Gedurende de Eerste Wereldoorlog voer de Brunings als bevoorradingsschip voor de Marine in een geregelde doch niet zeer frequente dienst tussen Hellevoetsluis en Vlissingen. In 1926 plaatste de Rijkswerf een nieuwe ketel, een stoomdynamo en een stuurmachine.

De Brunings bleef een deftig schip. Tegen het eind der jaren dertig voer het voor de Directie van het arrondissement "Rotterdamse Waterweg". In 1943/44, de tijd van de vorderingen en het steenkolentekort, dook het onder in de grienden van het Hartelse gat. Na de oorlog geraakte de Brunings enigszins in diskrediet. Op de Waterweg paste geen oude stoomboten voor de havendienst was het schip niet vief genoeg. Men wenste snelle motorboten en het directieschip werd gedegradeerd tot meetvaartuig voor de benedenrivieren.

Doch de Brunings bleef zichzelf en weigerde te verpauperen. Het personeel ging voort het te verzorgen als een jacht en geleidelijk werd de verouderde stoomboot tot een curiosum dat vele vrienden kreeg. De ingenieurs van de Waterloopkundige Dienst prefereerden het boven de sidderende motorboten. Het schip kreeg belangrijke gasten te vervoeren naar de Deltawerken. Hare majesteit de Koningin, ministers en burgemeesters scheepten zich op de Brunings in, doch met de groeiende populariteit bleef ook het einde naderen.

Operationeel paste het schip reeds lang niet meer in het nieuwe bestel. Het openhouden van de rivieren kon in toenemende mate worden uitbesteed aan sleepvaartbedrijven. Het werkterrein van De Waterloopkundige Dienst verplaatste zich westwaarts tot buiten de zeegaten, voor welk gebied een moderne kotter werd besteld.

Een der ingenieurs van Rijkswaterstaat, Jhr.A.L.van den Brandeler die zich bijzonder voor de Brunings interesseerde, besloot te trachten het schip voor de sloop te behoeden en richtte zich hiertoe o.a. tot het Scheepvaart Museum. De museumleiding reageerde positief, in het besef dat hier waarschijnlijk het laatste schip met een bedrijfszekere compoundstoommachine en kolen gestookte Schotse ketel betrof; een klassieke installatie in goede conditie. Voorts paste het object in het concept van het toekomstige Rijksmuseum Nederlands Scheepvaart Museum, waar een aantal grote realia een plaats zouden kunnen vinden.

Aanvankelijk scheen er een mogelijkheid te bestaan, het schip zonder kosten voor de "vereniging", ten behoeve van het toekomstige Rijksmuseum Nederlands Scheepvaart Museum te reserveren. Tot een dergelijke regeling bleken niet alle betrokken instanties bereid, met als gevolg dat de Brunings door de Dienst der Domeinen tegen sloopwaarde werd aangeboden. het verenigingsbudget liet geen onverwachte uigave van betekenis toe, doch de overdracht kon tenslotte op 1 november 1968 te Hellevoetsluis tot stand komen, dank zij de steun van onderstaande bedrijven en particulieren:

Stichting "Het Amsterdamsche Fonds "Vereeniging "De Amsterdamsche Haven" N.V. Philips Gloeilampenfabrieken N.V. Rijn Schelde Verenigde Machinefabrieken Verolme Verenigde Scheepswerven N.V. Wilton Fijenoord N.V. alsmede: de Heer J.W.Hupkes Ir.K.van der Pols Schout bij Nacht b.d. H.J.van der Stad. ( )
  P.S.Dorpmans | Feb 11, 2017 |
aucune critique | ajouter une critique
Vous devez vous identifier pour modifier le Partage des connaissances.
Pour plus d'aide, voir la page Aide sur le Partage des connaissances [en anglais].
Titre canonique
Titre original
Titres alternatifs
Date de première publication
Personnes ou personnages
Lieux importants
Évènements importants
Films connexes
Épigraphe
Dédicace
Premiers mots
Citations
Derniers mots
Notice de désambigüisation
Directeur de publication
Courtes éloges de critiques
Langue d'origine
DDC/MDS canonique
LCC canonique

Références à cette œuvre sur des ressources externes.

Wikipédia en anglais

Aucun

Aucune description trouvée dans une bibliothèque

Description du livre
Résumé sous forme de haïku

Discussion en cours

Aucun

Couvertures populaires

Vos raccourcis

Évaluation

Moyenne: (3)
0.5
1
1.5
2
2.5
3 1
3.5
4
4.5
5

Est-ce vous ?

Devenez un(e) auteur LibraryThing.

 

À propos | Contact | LibraryThing.com | Respect de la vie privée et règles d'utilisation | Aide/FAQ | Blog | Boutique | APIs | TinyCat | Bibliothèques historiques | Critiques en avant-première | Partage des connaissances | 207,120,601 livres! | Barre supérieure: Toujours visible