Guido Gezelle (1830–1899)
Auteur de Waar zit die heldere zanger? De mooiste gedichten van Guido Gezelle, Samengesteld door Jozef Deleu
A propos de l'auteur
Crédit image: Statue of Guido Gezelle in Bruges.
Séries
Œuvres de Guido Gezelle
Waar zit die heldere zanger? De mooiste gedichten van Guido Gezelle, Samengesteld door Jozef Deleu (1998) — Auteur — 68 exemplaires
Guido Gezelle's dichtwerken 20 exemplaires
Kerkhofblommen 10 exemplaires
Dichtwerken I 10 exemplaires
Dichtwerken II 10 exemplaires
Kleengedichtjes 6 exemplaires
Dichtoefeningen / Kerkhofblommen / Gedichten, Gezangen en Gebeden en Kleengedichtjes 1°deel - Jubileumuitgave van GG's… 3 exemplaires
Vlaemsche dichtoefeningen 3 exemplaires
Gezelles ondicht - Een bloemlezing 3 exemplaires
Kleengedichtjes II 3 exemplaires
Loquela 3 exemplaires
Een puit met hete pootjes gedichten van Guido Gezelle voor kinderen van alle leeftijden (1993) 2 exemplaires
Verzameld dichtwerk 7 2 exemplaires
Verzameld dichtwerk 6 2 exemplaires
Guido Gezelle's proza en varia 2 exemplaires
De XIV stonden 2 exemplaires
Verzameld dichtwerk 2 2 exemplaires
2500 regels vrijwel ongekend proza 2 exemplaires
Verzameld dichtwerk 5 2 exemplaires
Gedichten, Gezangen en Gebeden en Kleengedichtjes 2°deel / Liederen, Eerdichten et Reliqua / The Song of Hiawatha… 2 exemplaires
Uitstap in de warande 2 exemplaires
'k Hoorde zo geerne de vogelkens schuifelen een feestboek vol gedichten van de jarige Guido Gezelle (1980) 2 exemplaires
Van den Kleenen Hertog / Uitstap in de Warande / De Ring van 't Kerkelijk Jaar - Jubileumuitgave van GG's volledige… 2 exemplaires
les beaux poèmes de Guido Gezelle 2 exemplaires
Vliegoefeningen 1 exemplaire
Guido Gezelle's Boomen 1 exemplaire
Guido Gezelle III. Gedichten, gezangen en gebeden / IV. Liederen, eerdichten et reliqua 1 exemplaire
Rijmsnoer 1 exemplaire
Ik wense u een jaar 1 exemplaire
Birdoj Forflugu! Valso 1 exemplaire
Gedichten van Gezelle bloemlezing 1 exemplaire
That limpid singer : a bilingual anthology of the poems of Guido Gezelle (1830-1899) (1999) 1 exemplaire
De doolaards in Egypten 1 exemplaire
Vlaamsche spreuken 1 exemplaire
Bethels Schatkiste Gedichten van Guido Gezelle en van Michiel English over de Zwartzusters van Brugge, Diksmuide,… 1 exemplaire
Bloemlezing uit Guido Gezelle's gedichten 1 exemplaire
Waar zit die heldere zanger? De mooiste gedichten van Guido Gezelle. Samengesteld door Jozef Deleu 1 exemplaire
GEDICHTEN VAN GUIDO GEZELLE - Bloemlezing 1 exemplaire
Guido Gezelle, gedichten 1 exemplaire
't er viel ne keer.... 1 exemplaire
Jubileumuitgave van Guido Gezelle's volledige werken. Brieven van, aan en over Gezelle I. Briefwisseling Gezelle-Van… 1 exemplaire
Een geïllustreerde Bloemlezing 1 exemplaire
Laatste verzen 1 exemplaire
Werkzame winter 1865-1886 1 exemplaire
Goddelijke Beschouwingen / Brieven van, aan en over Gezelle - Jubileumuitgave van GG's volledige werken deel 6 1 exemplaire
Liederen, eerdichten et reliqua 1 exemplaire
Gezelle gedicht 1 exemplaire
Nabloei in rust (Chronologische bloemlezing, #3) 1 exemplaire
Werkzame winter (Chronologische bloemlezing, #2) 1 exemplaire
Onstuimige lente (Chronologische bloemlezing, #1) 1 exemplaire
Goud op de tong : ook xxxiii kleengedichtjes uit Gezelles stille jaren (1862-1877) (1980) 1 exemplaire
Vlaamsche Volksvertelsels 1 exemplaire
Kleengedichtjes. I: Driemaal XXXIII, mitsgaders rijmreken, nageldeuntjes, spakerlingen en diergelijk gestrooi 1 exemplaire
Zantekoorn: nagalaten voltooid- of onvoltooide rapelingen van Guido Gezelle's dichtveld (1923) 1 exemplaire
Guido Gezelle : poète de Flandre : choix de poèmes et traduction par Walther Willems avec la collaboration de Paule… 1 exemplaire
Hiawadha's lied ; Laatste verzen 1 exemplaire
100 Gedichten 1 exemplaire
Oeuvres associées
Domweg gelukkig, in de Dapperstraat : de bekendste gedichten uit de Nederlandse literatuur (1990) — Contributeur — 210 exemplaires
De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten (1979) — Contributeur, quelques éditions — 193 exemplaires
Twee muzen : een verzameling van Nederlandse gedichten handelend over muziek (1955) — Contributeur — 27 exemplaires
De muze en de zeventien provinciën : een bloemlezing van verzen over Noord- en Zuidnederland (1962) — Contributeur — 27 exemplaires
Dichters van dezen tijd : gedichten — Contributeur — 11 exemplaires
Het Vlaamse Landschap. De Schoonheid van ons Land. Land en Volk (1951) — Contributeur — 2 exemplaires
Nieuwe Nederlandsche lyriek : Een bloemlezing van 100 Noord-Nederlandsche, Vlaamsche en Zuid-Afrikaansche gedichten… (1927) — Contributeur — 2 exemplaires
Rhythme en rijm II : een keus uit de gedichten van de cursus Rhythm en Rijm, schoolradiojaar 1954-1955 […] (1955) — Contributeur — 1 exemplaire
Étiqueté
Partage des connaissances
- Nom canonique
- Gezelle, Guido
- Nom légal
- Gezelle, Guido Pierre Théodore Joseph
- Date de naissance
- 1830-05-01
- Date de décès
- 1899-11-27
- Lieu de sépulture
- Stedelijke begraafplaats Steenbrugge, Brugge, West-Vlaanderen België
- Sexe
- male
- Nationalité
- België
- Lieu de naissance
- Brugge, West-Vlaanderen, België
- Lieu du décès
- Brugge, West-Vlaanderen, België
- Lieux de résidence
- Brugge, West-Vlaanderen, België
Roeselare, West-Vlaanderen, België
Kortrijk, West-Vlaanderen, België - Études
- Klein Seminarie (Roeselare)
Groot Seminarie (Brugge) - Professions
- leraar
priester - Relations
- Rodenbach, Albrecht (leerling)
Gezelle, Caesar (neef)
Streuvels, Stijn (neef) - Courte biographie
- Geboren: Brugge, België, 01 mei 1830
1854: leraar aan het Klein Seminarie te Roeselare
Eerste publicaties vanaf 1858.
Leraar in de poësis , met als beroemdste leerling: Albrecht Rodenbach.
Kwam in langdurig conflict met zijn kerkelijke oversten, die hem op quasi-non-aktief zetten.
Werd op het einde van zijn leven teruggeroepen naar Brugge, waar hij op 27 november 1899 stierf.
Membres
Critiques
Listes
Prix et récompenses
Vous aimerez peut-être aussi
Auteurs associés
Statistiques
- Œuvres
- 107
- Aussi par
- 10
- Membres
- 481
- Popularité
- #51,317
- Évaluation
- 3.7
- Critiques
- 4
- ISBN
- 45
- Langues
- 4
- Favoris
- 4
Maar dan wel met een boek dat ik pas een paar weken geleden op de kop tikte in een Zeelandse kringwinkel, Kleengedichtjes II. Voor wie al meteen van bij de titel z’n weg zou kwijt zijn in het Zuid-Nederlandse idioom van de dichter: ‘kleen’ betekent klein en Kleengedichtjes II bevat dan ook kleine gedichtjes. Of zoals de ondertitel aangeeft: Andere rijmreken, nageldeuntjes, spakerlingen en slapende botten, van Guido Gezelle. “Andere” om aan te geven dat er wel degelijk ook een Kleengedichtjes I is geweest, al heb ik dat boek dan niét in mijn collectie zitten. En al is “boek” in dit geval veel gezegd.
Ik heb er even mijn lintmeter bij gehaald: het boek is 10,5 centimeter breed, 13 centimeter hoog en nog geen centimeter dik, harde kaft inbegrepen. Zonder meer het kleinste boekje dat ik ooit gelezen (en nu ook besproken) heb, zelfs in een (beetje) broekzak past het nog. En dat zal ook wel het geval geweest zijn met de oorspronkelijke uitgave. Die verscheen namelijk al in 1860 (of 1861, daar wil ik van af zijn) bij Stock-Werbrouck in Brugge, terwijl de uitgave in mijn handen die uit 1931 bij L.J. Veen’s Uitgeversmaatschappij in Amsterdam is. Mijn uitgave werd dus “kritisch bewerkt” door ene Prof. Dr. Fr. Baur, “hoogleeraar te Gent”, “gebruikende voor elk vers de laatst bezorgde uitgave van de hand van Guido Gezelle zelf”. Althans, dat is wat in een Nota op de allerlaatste bladzijde, onder de prijzen voor de verschillende drukken, aangegeven staat.
Ik weet niet meteen wat ik me daarbij moet voorstellen, bij dat “kritisch bewerkt”, maar het lijkt er in ieder geval niet in bestaan te hebben de restjes er van tussen te laten. Wellicht wou de uitgeverij dat niet doen, maar het opnemen van onafgewerkte gedichten als het volgende is iets wat oorspronkelijk Gezelle en later L.J. Veen’s Uitgeversmaatschappij wat mij betreft hadden mogen laten:
Uw vlerk,
aan ‘t werk
in ‘t zwerk,
zweeft zwierend deur de wolken,
o tier-
end dier
dat hier
en ginder, almedeens...
Goed begonnen, daar niet van, maar het lijkt er op dat Gezelle in zijn schriftjes is gaan rondbladeren en de losse eindjes genegeerd heeft, toen hij dit soort dingen mee liet uitgeven. Of dat hij nog wat vulling nodig, want zoiets (een “nageldeuntje” misschien?) als “’k Voele een traan mijne ooge ontzwellen, / als ik denke: ‘t is voorbij.” kan toch nooit meer dan een aanzet geweest zijn. Net zomin trouwens als “Daar is hij, roept er een, / loopt weg, hij gaat u vangen!” of “’k Danke u, van het leven, dat / gij mij laat genieten”. Al wil dat niet zeggen dat er in die, hoe zal ik ze noemen, spreuken geen waarheid kan zitten. “En zoekt ge u zelven geen verdriet, / o mensche, en zoekt u zelven niet”, mag er bijvoorbeeld wezen, net zoals “De daverende / zonne danst / en dingelt op de / daken” zelfs in al zijn beperktheid zonder enig probleem kan geïdentificeerd worden als iets van Gezelle. Zoals ook dit, al iets “groter” gedichtje: “Al met eenen keer, ontbonden, / bonst de donder daverende uit; / diepe en door des werelds gronden / bauwt zijn bulderend barstgeluid”.
Even goed als in een zin als “maakt het iemands ooge ondroog” het onmiskenbare talent van Gezelle voor het creëren van toepasselijke neologismen naar voor komt. Hij zal allicht ook de eerste of minstens een van de eersten geweest zijn die – beeld u in, in 1860 al, bijna anderhalve eeuw voor dat een gewoonte werd op “sociale” media! - het werkwoord ‘ontvrienden’ gebruikte: “’k Ben teenenmale ontvriend, / ontvrijdomd en ontvrolijkt”. Maar goed, voor Gezelle gold dan ook: “Dichten is geen kunste kom / geen kunste, / Dichten is een gunste Gods / een gunste” en behalve voor veel – hij was per slot van rekening een priester – religieuze poëzie gebruikte hij die “gunste” ook voor andere, soms humoristische werkjes, bijvoorbeeld dit:
Men spreekt van ‘Goudenregen’, maar
gelukkig mag het heeten,
dat eventwel de wolken daar
nog altijd water zweeten.
Of voor het bezingen van zijn geliefde natuur uiteraard:
‘t Weer is helder lauw en zoet
zoo ‘t niet elken dag en doet.
Laat mij in de groene weiden
bij der hand u henenleiden:
‘k zal u blomkes nu en dan
toogen en gij zult daarvan
later dit en dat mij klappen
nopens blomkes eigenschappen.
‘t Blomke dat ik liefst van al
zie en altijd blijven zal
geren zien, zoo lange er bloeien,
ziet het daar beneen u groeien,
reis en reis met de eerde, daar
strekt zijn zedig lofgebaar
en men ziet zijn groen verterre
maar van bij en nooit van verre
wilt gij weten hoe ze nommen?
‘t Zijn, met oorlof, pisseblommen.
Of van de menselijke natuur:
Dat handhaaft de vorke,
dat handhaaft de koe:
dat werkt als de beste
van ‘t boerengedoe;
dat bidt, in de kerke;
dat wiedt, op het land;
dat mint en dat moedert…!
Van herte en van hand,
en is er geen vrouwvolk,
rechtzinnig gezeid,
als, hier in ons Vlanderen,
de dorpsvaste meid.
Of, ten slotte, over de menselijke natuur gesproken, zijn volk en zijn taal:
Te Brugge in de oude vaderstad
die eens vol rijke koopmans zat,
maar die ‘t nu al ontbreekt,
al, buiten nog wat waalschen draf
en fransche dwepers ijdel kaf
dat niet als fransch en spreekt,
daar eertijds, o wat bittere schand -
hier Breydel heeft zijn bijl geplant
in menig waalsche borst
die ‘t duur moest koopen aan zijn wraak
zoo hij in valsche walsche spraak
een woordje reppen dorst...
Ik zou deze bespreking dan ook willen beëindigen met een laatste “kleengedicht” dat dan wel over vuile plassen gaat, maar ook betrekking zou kunnen hebben op morsige kleine boekjes als dit:
In elken vuilen plasch
van voet- of wagenspeur,
die blankgelopen staat,
vol morzig regenwater,
verschijnt het evenbeeld
der bloote zonne, en laat er
nen lach uit henengaan
van liefde- en lichtgeschater.
Björn Roose… (plus d'informations)